donderdag, december 22, 2005

HMC Calder ten onder in bizarre wedstrijd

Door René Olthof

Vorig jaar maakte HMC Calder zijn debuut in de Meesterklasse met een buitengewoon spannende wedstrijd tegen SO Rotterdam. Het werd 4-6 (de opgetrommelde Chinezen werden ons te veel), maar wij hadden onze kansen. Al kort nadat de westerlingen onze speelzaal betraden viel het woord Zhaoqin Peng. Of wij ons haar partij tegen Welling nog konden herinneren. Nou, dat konden wij.
Nietsvermoedend van wat ons dit keer te wachten stond.

Opening
Het kon deze middag niet op in de Hervion College. Het regende zonnestralen, zal ik maar zeggen. Letterlijk en figuurlijk.
De eerste Bossche zonnestraal scheen op bord 10. Nestor Fred van der Vliet durfde in een Najdorf de Poloegajevski-variant niet aan en koos in plaats daarvan voor het minder bekende 7…Dc7. Minder bekend bij hem wel te verstaan, want tegenstander Twan Burg had daar geen last van. De commentaren van de spelers na afloop spreken boekdelen. Twan meldde dat hij wist dat 12…Lb7 een fout was en Fred verkondigde dat hij niet eens zo slecht gespeeld had, maar in de verkeerde stelling terecht gekomen was. Dat kun je wel stellen, ja. Opmerkelijk trouwens dat Twan toch nog een steekje had laten vallen, want bij het juiste tegenspel van zwart had hij slechts een veel beter eindspel op het bord gekregen, terwijl 16.Dg4! dodelijk was geweest. Na het slaan op f7 met schaak kan de dame in één klap naar g8.
Jeroen Bosch straalde terug voor Rotterdam aan bord 5. Geert van der Stricht spartelde wel tegen, maar echt helpen deed dat niet. Zo’n geïsoleerde pion is toch niet alles.
Tevoren had Bruno Carlier de score al gelijk getrokken. Het openingsexperiment van Welling leek aanvankelijk te mislukken, maar al snel daarna nam hij het heft in handen. Had Bruno de tactische schermutselingen verkeerd ingeschat? Met twee stukken voor een toren had Welling alles wat hij zich wensen kon. Helaas voor HMC kwam er daarna geen fatsoenlijke zet meer uit zijn vingers. Het afmaken was Bruno wel toevertrouwd.

Middenspel
Bord 1. Winants-Fridman, twee internationale cracks. Winants offert verrassend een pion in de Caro-Kann. Hij krijgt er een geweldige aanval voor. Fridman heeft echter vertrouwen in zijn bastion. Ten onrechte wijzen de analyses achteraf uit. Geheel volgens de regelen der kunst wordt zijn bolwerk geslecht, en hoewel Winants een paar maal groter voordeel versmaad houdt hij Fridman in een ijzeren greep, zelfs in vliegende tijdnood. Op zet 29 aarzelt hij één moment, maar als Fridman zijn gouden kans niet grijpt, deelt de Belg de doodsteek uit met 33.d5! Om vervolgens na nog een paar schaakjes door zijn vlag te gaan!
Waar hij het overigens niet mee eens was, vandaar de aankondiging van Rotterdam dat er een protest aankomt. Wedstrijdleider Marc Jongerius was persoonlijk niet getuige (het was tijdnoodfeest op meerdere borden) en heeft met de afhandeling van deze kwestie de rest van de middag zijn handen vol gehad.


De tweede Bossche zonnestraal en tweede strakke partij van de dag speelde zich af aan bord 2. Pedersen wilde coûte que coûte revanche voor zijn nul in een 3 tegen 2-toreneinsdpel tegen Jan Gustafsson in de vorige ronde. Reinderman hielp hem daarbij een handje door voor het Hollands te kiezen. ‘Dat kan natuurlijk niet!’, aldus de Deen. De geïsoleerde pion op d5 werd dusdanig bestookt, dat hij op zet 27 sneuvelde. Meteen daarop volgde een kleine combinatie om het voordeel van de ongelijke lopers maximaal uit te buiten. Er was geen houden meer aan voor Dimitri. Tussenstand: 3-2

Intermezzo
Fase 2 in de wedstrijd. Maarten Solleveld zette zoveel druk op Levin, dat die vluchtte in een bedenkelijk eindspel, met bovendien nog heel weinig tijd. Uiteindelijk viel zelfs zijn vlag. Ik stond erbij als teamleider en was ervan overtuigd dat het einde verhaal was, maar de heren waren er na reconstructie over eens dat ze niet bij zet 40, maar bij zet 41 waren. Plus: wits laatste zet richting promotieveld bleek te veel eeuwig schaakwendingen toe te laten om ze succesvol te kunnen vermijden. Tien zetten later was de puntendeling een feit. De zware tegenvaller voor Rotterdam.
HMC had die al voor de tijdcontrole moeten slikken toen Paul Span in prima stelling een diagonaal schaakje over het hoofd zag en een stuk inboette. In plaats daarvan had hij onmiddellijk eeuwig schaak kunnen geven. Met een stuk minder was dat eeuwig schaak natuurlijk niet meer aan de orde. Weer gelijk en dat bleef het na de remise aan bord 4. Karel haalde gemakkelijk gelijk spel in de opening en greep vervolgens het initiatief op de damevleugel. Rafael Fridman deed wat terug door een stuk te winnen tegen 4 verbonden vrijpionnen. Zijn compensatie bestond uit een meerderheid op de koningsvleugel en een loperpaar. Ik vermoed dat de meesten in de zaal liever de pionnen hadden. In de partij ging Karel op zet 34 misschien te ver in zijn winstpogingen. Rafael moest vliegensvlug beslissen welk promotieveld hij zou bestrijken en koos waarschijnlijk verkeerd. Een van de pionnen kostte hem een loper. De redding kwam van een actieve koning en de pionnenmeerderheid op de koningsvleugel. Karel zag geen kans gebruik te maken van zijn eigen pionnenduo en uiteindelijk verdween alles van het bord. Remise en 4-4!

Eindspel
Toen kon de wedstrijd beginnen.
Hoofdrolspelers aan Bossche zijde Willem Muhren en Niels Ondersteijn, voor Rotterdam Martin Martens en Zhaoqin Peng. Martens had vanuit de opening met zwart voordeel bereikt maar stuitte op de onverzettelijkheid van Willem Muhren. Die hield het nadeel binnen de perken totdat hij op zet 39 pardoes een pion liet hangen. Game over dacht iedereen. Zo niet Willem. Hij rechtte opnieuw zijn rug.
Ondersteijn-Peng was een pakkend handgemeen, waarin de kansen lange tijd gelijk op gingen. Blijkens zet 33 ging Peng remise uit de weg en dat gaf Niels de gelegenheid zijn koning te activeren en onder loperruil een vrijpion te creëren. Het resterende toreneindspel was moeilijk te winnen vanwege de goede positie van de zwarte koning, maar er werd slechts om twee uitslagen gespeeld: wit wint of remise. Niels koos voor een vrijpionnenduo op de damevleugel met zwart een centrale vrijpion ondersteund door de koning. De meerderheid in de zaal was ervan overtuigd dat wit gewonnen stond, maar Fridman gaf ijskoud als oordeel: remise. ‘Kortgeleden nog in de Bundesliga gezien’. Ik noteer dus = in mijn aantekeningen en verdomd, zo kwam het ook. Op tempo remise!
Nu een dag later heeft een speler uit ons succesvolle derde team een op het oog sluitende winst gevonden. Wit zet zijn kaarten niet op zijn voorste vrijpion maar haalt zijn koning terug om de zwarte vrijpion op te peuzelen en tegelijkertijd de vijandelijke koning af te snijden. Of het de ultieme waarheid is?

Ondanks pluspion en 100+ ratingpunten was Martin Martens ondertussen bezig zich de kaas van het brood te laten eten. Zozeer zelfs dat voor de tweede tijdcontrole de hele zaal een winst voor Willem zag. Willem maakte zich echter op om het paard te elimineren dat zijn koning in een matnet hield. Ook goed, dan zou het remise worden en 5-5. En toen op zet 60 (wanneer anders?) veranderde hij opeens van plan en dekte wederom frontaal zijn vrijpionnenduo. Martin schoof zijn eigen vrijpion op en slaakte een zucht van verlichting. De winst zat in de knip, Rotterdam kan blijven gaan voor de plaats in de play-offs, die ze vorig seizoen vrijwillig af hadden gestaan aan ... HMC Calder.


P.S. Willem Muhren leeft inmiddels weer, zeker nadat is vastgesteld dat de winst die iedereen zag (58.Th5) helemaal geen winst bleek te zijn.

Alle partijen van deze wedstrijd zijn hier na te spelen

Persoonlijke uitslagen:

HMC Calder - SO Rotterdam 4,5 - 5,5 (onder protest van Rotterdam)
  1. D.Fridman-L.Winants 1-0 (protest)
  2. N.V.Pedersen-D.Reinderman 1-0
  3. F.Levin-M.Solleveld rem
  4. R.Fridman-K.v.d.Weide rem
  5. G.v.d.Stricht-J.Bosch 0-1
  6. N.Ondersteijn-Z.Peng rem
  7. G.Welling-B.Carlier 0-1
  8. W.Muhren-M.Martens 0-1
  9. P.Span-M.Piket 0-1
  10. T.Burg-F.v.d.Vliet 1-0